Ze heten Maria, Elsje, Annabel en Jenntje. Monarch, Sustainabetty, Rebkoe en Cashcow. Ze staan op vier poten en kijken voortdurend richting horizon. Sinds de zomer van 2019 drijven in totaal 32 roodgevlekte melkkoeien in de haven van Rotterdam. Ze worden niet zeeziek.
De Floating Farm is een bijzonder proefproject met als doel melk direct daar te produceren waar veel consumenten wonen: midden in de grote stad. De Nederlandse metropool Rotterdam, het Manhattan aan de Maas, geeft het startsein. Wat aanvankelijk misschien als een grap klinkt, is gebaseerd op een goed doordacht concept dat effectief is. ‘Vanaf het begin krijgen we bezoek van kinderen en jongeren die nog nooit een echte melkkoe hadden gezien’, aldus Albert Boersen. Hij kan het zichzelf maar moeilijk voorstellen. De 27-jarige landbouwkundige (*1992) groeide op met koeien en werkt nu als melkveehouder in de tweede generatie. Boersen aait liefdevol één van de koeien van zijn drijvende Floating Farm over haar warme, zachte snuit voordat hij doorloopt. Een melkrobot heeft het begeven. Aangezien het een klein technisch probleem is, heeft de jonge melkveehouder de robot snel gemaakt. Zo kan de productie onmiddellijk worden hervat. De koeien kunnen zich laten melken wanneer ze daar zin in hebben, op elk moment van de dag. Annabel is net onderweg en slentert gemoedelijk langs de andere herkauwers. Blijkbaar heeft niemand haast op de Floating Farm. ‘De meeste stadsbewoners staan graag zo dicht mogelijk bij een koe’, vertelt ook Minke van Wingerden, woordvoerster van het project en mede-initiatiefneemster.