Structurele verandering van een gebied klinkt abstract. Er ontstaan verrassende resultaten wanneer oude industriële gebieden een nieuwe bestemming krijgen. De kolenmijn van Zollverein is zo'n voorbeeld. Het 100 hectare grote terrein met 96 gebouwen, meer dan 200 technische installaties en machines, ongeveer drie kilometer transportbanden en meer dan 13 kilometer pijpleidingen is één van de grootste industriële monumenten ter wereld. In het midden ervan ligt – enigszins verborgen – een buitenzwembad. Dit zwembad van 60 vierkante meter onderscheidt zich niet door zijn formaat, maar wel door het gelukzalige gevoel dat de zwemmers ervaren.
Tegen de achtergrond van de duizelingwekkend hoge voormalige cokesfabriek met roestrode en lichtgroene kleuraccenten glinstert het azuurblauwe serene wateroppervlak van het fabriekszwembad – het glinstert zelfs als de lucht grijs is. De zomers in Zollverein zijn jarenlang niet meer droog. Het zwembad is omgeven door houten planken met aan de schaduwzijde een plas die aan de rug van een olifant doet denken. Elke zomervakantie kan iedereen hier terecht om af te koelen en dat gratis, want er wordt geen entreegeld gevraagd. Niet alleen schoolkinderen en zwemmers uit de buurt, maar ook toeristen maken gretig gebruik van dit gratis zwemplezier. Ze komen uit naburige steden, maar ook van heinde en verre. ‘Mensen komen van overal hier naartoe: uit Nederland, Frankrijk, China en Japan, uit Amerika en Rusland’, weet Annelie Dietrich te vertellen. De zwemlerares werkt al 12 jaar als badmeester in het fabriekszwembad tijdens de zomervakantie in Noordrijn-Westfalen. Ze vindt het elk jaar opnieuw geweldig, niet in het minst dankzij het aangename publiek. ‘We hebben echt superleuke gasten’, vertelt ze terwijl ze in de schaduw naast de trap bij de opgang staat. Op hete zomerdagen als deze komt de hele wereld samen in het fabriekszwembad. De mensen uit het Roergebied zijn dol op zwemmen.